De kunst van het niet-zeggen, of hoe taal te manipuleren om de werkelijkheid te vertroebelen. Een subtiel evenwichtsspel waarin het niet langer draait om informeren, maar om het vormen van een perceptie. Clément Viktorovitch neemt ons met een scherpe pen mee in de krochten van de politieke communicatie. Communiceren we eigenlijk nog echt? Of kijken we naar een zorgvuldig georkestreerd schouwspel waarin elk woord niet is gekozen om te verhelderen, maar om te sturen, te beïnvloeden… of zelfs te misleiden?
Rhetoriek is, en is altijd geweest, een krachtig wapen: meer dan een middel om de wereld uit te leggen, maakt het die vooral aanvaardbaar. Neem een klassiek politiek discours: een decor van naderend onheil wordt opgetrokken – stijgende werkloosheid, toenemende onveiligheid, een allesomvattende crisis – niet om oplossingen te bieden, maar om angst te zaaien. Want een angstige kiezer is een kneedbare kiezer. Voeg daar de “schrikwoorden” aan toe – die vage maar doeltreffende termen zoals “het systeem”, “de elite”, of “welzijnsmanagement” in bedrijven – en je hebt het perfecte recept voor een toespraak die niets verheldert, maar wel emoties oproept.
« À force de remporter nos victoires par le vide, la politique est devenue, non plus un dialogue de sourds, mais un débat de muets. » (Doordat we steeds vaker overwinningen behalen op basis van leegte, is de politiek verworden tot niet langer een dialoog tussen doven, maar een debat tussen zwijgenden.)
Dit fenomeen is niet nieuw. Maar vandaag zijn we een nieuwe fase van communicatie binnengetreden: het tijdperk van de post-truth, waarin emotie het wint van feiten, en waarin een bewering, zolang ze maar met genoeg overtuiging wordt herhaald, een alternatieve waarheid wordt. Woorden verbergen de realiteit niet langer, ze draaien haar om. Zo ontstaan anticatastases: uitspraken die de werkelijkheid flagrant tegenspreken, zonder enige moeite om hun tegenstrijdigheid te verhullen. Tegenwoordig kan men het onweerlegbare ontkennen zonder schaamte, simpelweg door met stelligheid onwaarheden te verkondigen. Waar we ooit de kunst van het niet-zeggen beheersten, bevinden we ons nu in de kunst van het zeggen wat niet is.
Meer dan een eenvoudige ontleding van retorische technieken, legt dit boek de nadruk op de ethiek van het gesprek en herinnert het ons eraan dat taal niet enkel een beïnvloedingsmiddel is, maar ook een ruimte voor confrontatie van ideeën, waarin authenticiteit zou moeten primeren. Want in een wereld waarin woorden niet langer de realiteit weerspiegelen, maar haar vormgeven, is luisteren, begrijpen en in vraag stellen geen intellectuele oefening meer – het is een daad van verzet.
Een essentiële reflectie over onze relatie met de werkelijkheid.